Bram Wauters over vrouwen en voorkeurstemmen

Bram Wauters over vrouwen en voorkeurstemmen

Eén van de actoren die iets kunnen doen aan de ondervertegenwoordiging van vrouwen zijn kiezers. Kiezers hebben bij verkiezingen de keuze tussen het uitbrengen van een lijststem (voor de partij) en het uitbrengen van een voorkeurstem voor één of meerdere kandidaten. Voor de analyse hier laten we de optie van de lijststem even buiten beschouwing en focussen we op volgende twee vragen over voorkeurstemgedrag: Krijgen vrouwen veel voorkeurstemmen? En zijn het vooral vrouwelijke kiezers die voor vrouwen stemmen?

 

Een eerste vraag is in welke mate kiezers stemmen voor vrouwen. Figuur 1 geeft aan dat het percentage vrouwelijke kandidaten op de lijsten gestegen is doorheen de jaren (de eerste, lichtgrijze balkjes). Dit is een logisch gevolg van de (verscherpte) quota-wetgeving. Maar we zien evenzeer dat het % voorkeurstemmen voor vrouwen geen gelijke tred heeft gehouden (de tweede, zwarte balkjes). In 2003 bijvoorbeeld was nagenoeg 50% van de kandidaten vrouw, maar zij haalden samen maar iets meer dan 30 % van de voorkeurstemmen. Dit neemt wel toe doorheen de jaren, want in 2010 is dit al gestegen tot meer dan 40 % van de voorkeurstemmen (maar dus nog altijd geen 50 %). Vrouwen krijgen dus minder voorkeurstemmen dan mannen.

Figuur 1: Percentage vrouwelijke kandidaten en percentage voorkeurstemmen voor vrouwelijke kandidaten, Senaatsverkiezingen 1995-2010 (Voor Kamerverkiezingen is deze vergelijking moeilijker wegens de verschillen in kieskringen)

 

 

 

 

Een tweede vraag is of het vrouwelijke kiezers zijn die vooral voor vrouwen stemmen. Daarvoor moeten we het geslacht van kiezer en kandidaat met elkaar verbinden. Er zijn drie mogelijke combinaties mogelijk: 1) de kiezer heeft hetzelfde geslacht als de kandidaat (of kandidaten) waarvoor hij/zij stemde (‘same-gender’ stem), 2) de kiezer heeft een ander geslacht dan de kandidaten (‘cross-gender’ stem), of 3) de kiezer stemde zowel voor kandidaten van hetzelfde geslacht als van een ander geslacht (‘mixed-gender’ stem).

Figuur 2: Soorten voorkeurstemmen per geslacht, gemeenteraadsverkiezingen 2012 en Kamer- en Europese verkiezingen 2014

 

 

 

In bovenstaande figuur wordt het gebruik van deze drie soorten voorkeurstemmen weergegeven, waarbij gemeenteraadsverkiezingen en nationale verkiezingen naast elkaar worden geplaatst. De patronen zijn erg gelijkaardig voor deze beide verkiezingen. Een aantal zaken springen in het oog.

1. De meest voorkomende soort voorkeurstem bij mannen is de ‘same-gender’ stem. Ongeveer de helft van de mannelijke kiezers stemt enkel en alleen op mannen. Bij vrouwelijke kiezers daarentegen is de meest voorkomende stem de ‘cross-gender’ stem, dit is een stem exclusief voor mannelijke kandidaten. Ook dit percentage is vrij hoog, en ligt het niet veel lager dan de percentages voor mannelijke kiezers met scores van ruim meer dan 40 %. Dit lijkt merkwaardig gelet op de vele Stem Vrouw-campagnes, maar kan logisch verklaard worden door het feit dat heel wat voorkeurstemmers enkel voor de lijsttrekker stemmen, en dat is in het merendeel van de gevallen toch nog altijd een man.

2. We zien dat vrouwen meer dan mannen op vrouwelijke kandidaten stemmen. Respectievelijk 23,2 % (gemeente) en 28 % (nationaal) van de vrouwelijke kiezers stemt enkel voor vrouwelijke kandidaten (en brengt dus een ‘same-gender’ stem uit). Als we willen weten hoeveel mannelijke kiezers voor vrouwen stemmen, moeten we bij hen gaan kijken naar de ‘cross-gender’ stem. Minder dan 20 % van de mannelijke kiezers brengt enkel voorkeurstemmen uit voor vrouwen.

3. We zien dat mannen iets meer dan vrouwen gebruik maken van een zogenaamde ‘mixed-gender’ stem. Dit is wanneer een kiezer stemt voor meerdere mannelijke en vrouwelijke kandidaten. We zien ook dat deze combinatie vaker voorkomt bij gemeenteraadsverkiezingen, waar kandidaten dichter bij de burger staan en waar bijgevolg ook meer voorkeurstemmen worden uitgebracht.

 

Concluderend kunnen we stellen dat vrouwelijke kandidaten minder voorkeurstemmen halen dan mannen, en dat vrouwen meer dan mannen voor vrouwelijke kandidaten stemmen. Al is het wel zo dar vrouwen nog altijd meer voor mannelijke dan voor vrouwelijke kandidaten stemmen, wat dan weer verklaard kan worden door de sterke concentratie van voorkeurstemmen bij de (vaak mannelijke) lijsttrekker. Kiezers die willen bijdragen aan een betere vrouwelijke vertegenwoordiging doen er dus goed aan om verder te kijken dan de lijsttrekker wanneer ze hun stem uitbrengen.

 

Bram Wauters, Onderzoeksgroep GASPAR (UGent)